Een voedselintolerantie, wat is dat precies?

Etenswaren voorzien ons van alle voedingsstoffen die ons lichaam nodig heeft: koolhydraten, proteïnen, vetten, vitaminen, mineralen, ... Maar heb je last van een voedselintolerantie? Dan slaagt je lichaam er niet in om bepaalde van die voedingsstoffen goed op te nemen of te verteren. Dit wordt meestal veroorzaakt door een enzymtekort. Als gevolg kunnen er verschillende klachten ontstaan.

Een voedselintolerantie kan op elk moment ontstaan. Klachten zijn veelal afhankelijk van de hoeveelheid etenswaren je inneemt, maar vaak worden ze mettertijd erger.

Een voedselintolerantie is echter geen voedselallergie en je verwart ze best niet met elkaar, hoezeer de twee ook op elkaar lijken. Heb je een voedselallergie, dan reageert je immuunsysteem overdreven op een voedingsproduct en dat kan erg zware problemen veroorzaken. Bij een voedselintolerantie zijn er andere processen aan het werk en blijkt je lichaam niet in staat om bepaalde stoffen, zoals bijvoorbeeld lactose of histamine, af te breken. Bij een voedselintolerantie is de reactie van je lichaam dus afhankelijk van hoeveel je inneemt en minder hevig dan bij een allergie.

Hoe ontstaan voedselintoleranties of enzymtekorten?

Een voedselintolerantie ontstaat wanneer je lichaam niet voldoende stoffen (=enzymen) aanmaakt om etenswaren correct te verteren of opgenomen voedingsstoffen af te breken. Daarom noemen we een intolerantie vaak ook een enzymtekort.

Enzymen zijn van cruciaal belang voor de werking van ons menselijk lichaam: ze breken grote voedingsstoffen af in kleinere stukjes, beschermen ons lichaam tegen schadelijke stoffen, genezen onze wonden en nog veel meer. Als je lichaam een auto was, zouden de enzymen de bougies van je metabolisme zijn. Ze leveren de ontstekingsvonk die je lichaam nodig heeft om brandstoffen uit voedsel te halen.

Toch vertonen heel wat mensen een tekort aan enzymen. Dat kan tal van redenen hebben: een veranderde levensstijl in onze maatschappij, nieuwe eetgewoonten en andere externe factoren kunnen een tekort aan bepaalde enzymen blootleggen. Maar ook een voedselintolerantie kan een indicatie van een enzymtekort zijn.

De werking van verteringsenzymen, een kort overzicht

Overal in je lichaam bevinden zich enzymen: in je bloed (plasma-enzymen), in je cellen (cel-enzymen) of vrijgegeven door je lichaamscellen zodat deze hun werken kunnen doen. Deze enzymen hebben elk hun eigen functie: voedingsstoffen omzetten in energie en celonderdelen, giftige stoffen vernietigen, wonden genezen en je beschermen tegen ziekten. Een belangrijk schakel in ons lichaam dus!

Verteringsenzymen, een kort overzicht

En verteringsenzymen horen bij de belangrijkste enzymen. Zonder verteringsenzymen zouden de vitaminen, mineralen en hormonen in je lichaam hun werk niet kunnen doen. Je vindt ze in je darmen, speeksel, pancreas, maag en spijsverteringskanaal. En zoals hun naam al doet vermoeden, helpen ze voedingsstoffen in kleinere stukjes af te breken of voorkomen ze dat we schadelijke voedingsstoffen opnemen:

  • Peptidasen of proteasen breken bijvoorbeeld de proteïnen of eiwitten in je voeding af.
  • Amylasen verwerken koolhydraten. 
  • Lactase breekt lactose, ook wel melksuikers genoemd, af.
  • Diamineoxidase (het DAO-enzym) breekt een teveel aan histamine af.

Welke soorten intoleranties zijn er?

Afhankelijk van welk enzym je lichaam te kort heeft, kunnen er verschillende soorten voedselintoleranties ontstaan. Hier vind je een overzicht van de meest voorkomende: 

  • Lactose intolerantie. Het lichaam maakt niet voldoende lactase aan en heeft moeite om suiker in melkproducten te verteren. Dit omvat producten als boter, dessert, ijs, room, beschuit, kaas, kauwgom, aardappelpuree, tandpasta, worst, chips, paneermeel en bepaalde soepen of sauzen.
  • Glutenintolerantie, waarbij je darmen bepaalde stoffen uit granen, zoals tarwe, rogge en gerst, niet goed kunnen verwerken. De klachten treden op na het eten van o.a. pasta, brood, haver, ontbijtgranen, bier, wijn, nootjes, chips, mayonaise of hagelslag. 
  • Fructosemalabsorptie: fruit, honing, mueslireep, frisdrank, snoepgoed, ...
  • Histamine intolerantie. Je lichaam slaagt er niet in om histamine goed te verwerken en je moet oppassen met o.a. vis, schaal- en schelpdieren, avocado, spinazie, rundvlees, aubergine, zuurkool, kaas, bier en wijn.
  • Tyramine intolerantie: te vinden in schimmelkaas, salami en chocolade.
  • Intolerantie tegen voeding met prikkelende stoffen: pinda, ei, soja.
  • Intolerantie tegen smaakversterkers, antioxidanten, vulmiddelen, conserveringsmiddelen en kleur-, geur- en smaakstoffen.

Wat is het verschil tussen een voedselintolerantie en een voedselallergie?

Bij voedselintoleranties heb je last van een enzymtekort, waardoor het lichaam bepaalde etenswaren niet kan verteren, maar bij een allergie raakt het hele immuunsysteem in de war. Door die storing worden bepaalde voedingsstoffen onterecht beschouwd als “ziektekiemen” en ontstaat er een immuunreactie in je lichaam die verschillende, vervelende symptomen kan oproepen.

De symptomen van een intolerantie lijken in eerste instantie erg op die van een allergie, maar er zijn toch enkele grote verschillen tussen de twee:

  • Een allergische reactie is vaak heviger dan wanneer je intolerant bent.
  • Klachten bij een voedselintolerantie zijn veelal afhankelijk van het volume aan voedingsstoffen dat je inneemt, terwijl je bij een voedselallergie vaak niet veel nodig hebt om symptomen te ontwikkelen.
  • Er is een veel kortere reactietijd bij allergieën dan bij intoleranties.